8 Weetjes over champagne
Champagne staat bekend als feestelijk drankje en is een bijzondere mousserende wijn, maar dat wist je waarschijnlijk al. Er zijn echter nog veel meer leuke weetjes over champagne die je op een andere manier laten kennismaken met de bubbelwijn. Wij hebben 8 van deze leuke weetjes over champagne op een rijtje gezet.
1. Tweede gisting maakt het verschil
De tweede gisting maak het verschil bij champagne. Na de eerste gisting en het bottelen volgt er een toevoeging van gist en extra suiker. Dat is het moment waarop de tweede gisting gaat plaatsvinden en het drankje sprankelend wordt met mooie bubbels. Overigens is het zo dat het twee gistingsproces bij champagne minimaal vijftien maanden moet duren.
2. Er zijn verschillende champagnes te onderscheiden
Er zijn verschillende soorten champagne, zoals er ook allerlei soorten rode wijn en witte wijn zijn. De druivenrassen bepalen in combinatie met de hoeveelheid toegevoegde suiker van welk soort champagne er sprake is.
- Extra-brut: droog, zonder suiker
- Brut: 1% suiker
- Extra-sec: tussen 1 en 3% suiker
- Demi-sec: tussen 3 en 5% suiker
- Doux: tussen 8 en 15% suiker
3. Champagne mag uit 7 toegestane druivensoorten bestaan
Er zijn zeven verschillende druivensoorten die gebruikt mogen worden voor champagne. De bekendste druivensoorten om champagne te maken zijn Pinot Meunier, Pinot Noir en Chardonnay. Daarnaast zijn Arbane, Pinot Blanc en Petit Meslier te gebruiken. Hieraan is Pinot Gris toe te voegen, maar deze wordt in de praktijk haast niet gebruikt om champagne te maken. Ontdek de verschillende champagnesoorten die wij aanbieden. Bijvoorbeeld van de bekendste merken champagne, zoals Dom Perignon net als Veuve Clicquot en Ruinart Champagne.
4. Champagne is beperkt houdbaar
Koop je champagne dan is het niet altijd de bedoeling om deze jaren te bewaren. Doorgaans blijft een standaard champagnesoort zonder jaartal na aankoop in een gesloten fles negen maanden houdbaar. Er is wel een verschil met vintage champagne, want deze mousserende wijn gaat een jaar tot vijf jaar mee. Er zijn zogenoemde prestige champagnes die wel veel langer meegaan en zomaar tot tien of vijftien jaar goed blijven. Heb je een fles champagne geopend dan drink je deze het beste op voordat er drie tot vijf dagen zijn verstreken.
5. Champagne bewaar je het beste koel
Het is aan te raden om champagne op een koele plek te bewaren en de fles niet rechtop neer te zetten, maar neer te leggen. De ideale temperatuur om champagne te bewaren ligt tussen 7 en12 graden Celsius en bij voorkeur buiten de koelkast op een droge plek. Een geopende fles is het beste liggend in de koelkast te bewaren en met een vacuümstopper af te sluiten.
6. Een bellensnoer is alleen te zien in glas met oneffenheden
Heb je wel eens champagne geserveerd gekregen en zag je in het glas een bellensnoer? Bubbels zijn altijd te zien, maar een bellensnoer alleen in glazen die over oneffenheden beschikken. Dit is ook een reden waarom een champagneglas van kristal ideaal is, want de structuur daarvan is oneffen. Overigens zorgt een tulpvormige flûte ervoor dat de bubbels perfect behouden blijven. Leuk om te weten, is dat er in een hele fles champagne van standaardformaat wel 49 miljoen bubbeltjes zitten.
7. Een fles champagne is in drie stappen te openen
Iedereen kan een fles champagne openen, maar er zijn natuurlijk meerdere manieren. Het is bijvoorbeeld al wat lastiger om ongeoefend een fles champagne te ontkurken met een sabel. Het op een normale manier openen van een champagnefles begint met het verwijderen van de folie en losmaken van het ijzerdraadje. Daarna draai je niet aan de kurk, maar aan de fles om de kruk als het ware uit de fles zuchten. Een andere benaming voor de ijzerdraadjes is muselet en doorgaans zijn er gemiddeld zes draaibewegingen nodig om deze los te krijgen. Houd vervolgens de onderkant van je fles in je rechterhand in een hoek van ongeveer 45 graden en met de andere hand houd je de kurk vast. Nu draai je de fles en voel je dat de druk van de kurk steviger wordt en floept de kruk langzaam omhoog.
8. Champagne proeven in de juiste volgorde
Wil je champagne proeven in de praktijk dan zijn er een aantal stappen te doorlopen. Je pakt als eerste het glas en kijkt naar de helderheid en naar de wijze hoe de bubbels bruisen. Overigens is bijna kleurloze champagne jong en is er sprake van rijpe champagne bij een abrikooskleur of goudkleur. De grootte van de bubbeltjes heeft invloed op de kwaliteit. Des te fijner deze zijn des te beter de kwaliteit. Het is helemaal perfect als de bubbels pas bij het oppervlak openen. Champagne proeven doe je ook door te luisteren naar de belletjes. Grote bubbels maken meer geluid en dan bevat de champagne veel koolzuur. Bij het proeven van wijn wals je het glas, maar bij champagne is dat niet nodig. Ruik even heel snel en diep aan de champagne om geuren te onderscheiden en spoel met de laatste stap de bubbels door je mond. Daarna heb je de keuze de champagne door te slikken of niet. Slik je de champagne door dan is het belangrijk te letten op de afdronk en sta je even stil bij hoe droog je mond na de slok aanvoelt.